ONS FANTASTISCHE LICHAAM Ons lichaam is een wonder der natuur. We nemen het vaak voor lief, en vervloeken het soms zelfs als we ons niet lekker voelen of minder presteren dan we zouden willen. Maar wie alle feiten op een rijtje zet, zal ongetwijfeld geneigd zijn om met wat meer respect naar zijn eigen lichaam te kijken. En zich realiseren dat wij het door ons gedrag vaak zélf zijn die de mindere prestaties van ons lichaam in de hand werken. Want ga maar na. Ons lichaam is opgebouwd uit tientallen biljoenen cellen, die allemaal eendrachtig met elkaar samenwerken. Die cellen bestaan weer uit moleculen en atomen, naar schatting wel zo'n 100 biljoen atomen per cel.
Sterkt uitvergrote weergave van een menselijke cel, verkregen met behulp van röntgen-, NMR- en cryo-elektronenmicroscopie-datasets In totaal bevat iedere cel zo'n 1,8 meter DNA. Dit DNA is opgebouwd uit twee strengen van ieder ruim drie miljard bouwsteentjes. Als je alle DNA-strengen in je lichaam achter elkaar zou leggen, kon je de Aarde meer dan 5 miljoen keer omspannen. Eén gram DNA kan meer dan 200 petabyte (200 miljoen Gb) aan gegevens opslaan. Ons brein is een toonbeeld van energiezuinigheid. Hoewel het constant bezig is, verbruikt het maar zo'n 200 kilocalorieën per dag. Dat is maar ongeveer een tiende van wat een lampje van 100W nodig heeft! De zenuwsignalen van en naar je brein vliegen door je lijf met snelheden waar een Ferrari ver bij achterblijft (ref.). Je bloedbaan is de droom van iedere logistiek planner. We weten waarschijnlijk allemaal wel dat we slagaders, aders en haarvaatjes in ons lichaam hebben, maar heb je er wel eens bij stilgestaan dat dat netwerk iedere individuele cel van de juiste voedingsstoffen voorziet? Als je al die aders achter elkaar zou leggen, kwam je uit om een lengte van meer dan 100.000 km. De bouwsteentjes waaruit je opgebouwd bent, zijn niet zomaar uit het niets ontstaan; die zijn vaak gerecycled uit eerdere bestemmingen. Je zou waarschijnlijk vreemd opkijken als je een kaart kon zien van de herkomst van al jouw atomen: misschien een atoompje uit een Zuid-Afrikaanse sinaasappel, een paar uit Braziliaanse cacao, wat ijzer dat in de 17e eeuw ook al in een Spaanse monnik zat, wat magnesium dat ooit in een mammoet of dinosaurus gezeten heeft, en zo helemaal terug naar de oersoep. En nog verder terug zelfs, want uiteindelijk is bijna ieder element op deze planeet uit sterren afkomstig. Dus als je ooit 's avonds naar de heldere sterrenhemel staat te kijken en een vreemd gevoel van weemoed overvalt je, besef dan dat je misschien wel gewoon heimwee hebt :)
Bezige bijtjes Onze cellen zijn eigenlijk kleine entiteitjes op zich, ze zijn voortdurend bezig met van alles. Ze voeren hun lichaamsfunctie uit, consumeren voedingsstoffen, creëren energie (ref.), scheiden metabolisch afval uit, weren ongewenste indringers zoals gifstoffen af, repareren eventueel beschadigd DNA en communiceren met andere cellen. Gemiddeld onderhoudt elke cel goede contacten met zo'n duizend andere cellen om hem heen. Als volleerde alchemistjes doen ze dingen die wetenschappers zelfs in moderne laboratoria nog niet voor elkaar krijgen, door allerlei stofjes te ontleden, om te zetten, van elektrische lading te veranderen, te ontdoen of voorzien van elektronen en protonen, enz (ref.). Het is er een drukte van belang. Als je een rondleiding op celniveau zou kunnen krijgen door je eigen lichaam aan de hand van een klein gidsje, zo van: "Kijk, daar heeft een botcel genoeg grondstoffen verzameld om het ingewikkelde molecuul Q10 te maken. En daar geeft een zenuwcel met meer dan 400 km/u een signaal aan je hersens door dat je nog steeds last hebt van je tenniselleboog. En daar maakt een macrofaag in je bloed een kankercel een kopje kleiner," dan zou je waarschijnlijk je ogen uitkijken. Sommige onderzoekers schatten dat er niet minder dan 100.000 verschillende biochemische reacties plaatsvinden per seconde...per cel! "Er bestaat geen grotere fabriek in het universum dan het menselijk lichaam in zijn natuurlijke, normaal functionerende vorm. Want er zitten machientjes, oftewel klieren, in het lichaam die in staat zijn om uit lucht of van water en voedsel dat wordt ingenomen ... elk element te produceren dat er bekend is in de materiële wereld. Elke cel in het lichaam is een universum op zich." - Edgar Cayce, Amerikaans helderziende (1877 - 1945) die in duizenden goed gedocumenteerde casussen op afstand patiënten van de juiste diagnose en behandelwijze voorzag terwijl hij in trance was (ref.) De levensduur van de meeste cellen is beperkt. Een strak gereguleerd, voorgeprogrammeerd zelfvernietigingsmechanisme dat we "apoptose" noemen, bepaalt wanneer iedere cel het loodje legt. Omdat we zoveel cellen hebben, worden de afgestorven cellen ook met enorme hoeveelheden tegelijk afgevoerd. Geschat wordt dat we dagelijks afscheid nemen van zo'n 100 miljard cellen. Die worden allemaal vervangen door spiksplinternieuwe exemplaren, gevormd uit stamcellen. Van sommige nieuwe cellen, zoals netvliescellen, nemen we na twee dagen alweer afscheid. Huidcellen gaan zo'n zes weken mee en zenuwcellen acht maanden. Op deze manier wordt bijna je hele lichaam in ongeveer zeven jaar compleet vervangen, van top tot teen. Op een paar cellen na, want sommige cellen in je brein, hart en botten worden nauwelijks vervangen en blijven dus je leven lang bij je. DNA-communicatie Via de uitwisseling van fotonen (kleine lichtpakketjes met informatie) communiceert ons DNA constant met alles om ons heen. Vooral met ander DNA. Omdat alles wat leeft DNA heeft en DNA heel lang houdbaar is, zit ook de grond onder onze voeten vol met DNA. Deze communicatie met ander DNA begint al vanaf het prille begin. Zwangere vrouwen merken vaak dat de baby in hun buik zich anders gedraagt wanneer zij zelf stemmingswisselingen hebben. En wanneer de kleine eenmaal het levenslicht gezien heeft en vredig aan de borst ligt, merken moeders vaak dat hun melk verandert naarmate de baby groeit. Omdat hij dan behoefte krijgt aan andere stofjes. Ook ziet melk die geproduceerd wordt voor een kind dat ziekjes is, er vaak anders uit dan wanneer alles OK is (ref.).
Stamcellen Op onze homepagina schreven we al over stamcellen en de rol die ze spelen bij het ontstaan van kanker. Maar het kankerprogramma in ons DNA is niet het enige programma waar een stamcel gebruik van kan maken, want de DNA-streng in een celkern bevat alle informatie die nodig is om ons lichaam te vormen en goed te laten functioneren. Een stamcel kan zich omtoveren tot elk van de meer dan 200 typen cellen die ons lichaam rijk is. Als je het lichaam met een kaartspel wilt vergelijken, dan zijn de stamcellen de jokers die voor alles inzetbaar zijn. Deze eigenschap wordt "pluripotentie" genoemd (ref.). In wat voor cel een stamcel verandert, wordt bepaald door de energie in zijn omgeving (zie DNA). Stamcellen bevinden zich overal in ons lichaam, zodat ons weefsel zich kan blijven vernieuwen (regenereren). En voor de zekerheid houdt het lichaam ook altijd nog een voorraadje stamcellen achter de hand in de best beschermde plek in ons lichaam: binnenin onze botten. Als er ergens een noodsituatie is, bijvoorbeeld in geval van een wond, worden er vanuit dit beenmerg extra stamcellen losgelaten in ons bloed, die dan op de plek des onheils actie kunnen ondernemen om het weefsel te helen. Dit systeem kan door verschillende oorzaken echter verstoord raken. Ook zijn er plekken in ons lichaam waar sowieso geen extra stamcellen naartoe gestuurd kunnen worden. Bijvoorbeeld omdat ze niet aangesloten zijn op de bloedsomloop, zoals de meniscus. Als dat weefsel beschadigd raakt, heeft het lichaam dus een probleem. Dat is de wetenschap ook niet ontgaan. Vandaar dat er sinds de jaren 90 steeds meer onderzoek gedaan wordt naar het inzetten van stamcellen bij allerlei ziektes en fysieke problemen waar het lichaam zelf geen antwoord op heeft (ref.). En met succes: inmiddels heeft stamceltherapie zijn nut al bewezen bij o.a. huidtransplantaties, artritis, adervernauwing, Alzheimer, Parkinson, herseninfarcten en hersenschade (ref.), hartinfarcten, leukemie, MS, auto-immuunziektes, ruggenmergletsel en de reconstructie van geamputeerde ledematen. Eenkennig DNA In het begin werd er veel gewerkt met stamcellen uit embryo's, foetussen en donors. Maar dat bleek na verloop van tijd toch niet zo goed te werken. Ieder mens en dier heeft immers zijn eigen, unieke DNA, en het bleek dat lichaamsvreemd DNA vaak niet zo goed communiceert met ons eigen DNA. Experimenten lieten bijvoorbeeld zien dat menselijke stamcellen die in de teelballen van muizen ingebracht werden, tumoren veroorzaakten. Dit verschijnsel werd ook waargenomen bij embryonale stamcellen die ingezet werden ter genezing van lichamelijk letsel bij mensen. Lichaamseigen stamcellen kunnen echter voor lichamelijk herstel zorgen dat op geen enkele andere manier te behalen is. Zelfs bij schade die tot voor kort nog als 'onherstelbaar' beschouwd werd, zoals aan kraakbeen (inclusief de meniscus), heeft stamceltherapie al wonderbaarlijke resultaten laten zien. Weefsel dat normaal gesproken langzaam herstelt, zoals spieren, botten en ligamenten, herstelt met behulp van stamcellen soms wel tien keer sneller. Ook bij de behandeling van kanker laten experimenten met stamceltherapie regelmatig veelbelovende resultaten zien (ref.). Alle reden dus dus hier vol op in te zetten binnen de zorg zou je zeggen, maar helaas moet de machtige farmaceutische industrie weinig hebben van stamceltherapie. Lichaamseigen materiaal valt immers niet te patenteren. Dus doet de farma als grootste medisch onderzoeksorgaan vrijwel geen onderzoek naar de verschillende stamceltherapieën die er tot nu toe bedacht zijn, en wenden ze hun invloed zelfs aan om dat ook op andere plaatsen zo veel mogelijk te beperken. Zo staat de door de Amerikaanse farma gecontroleerde medische toezichthouder FDA stamceltherapie in de VS alleen maar toe op experimentele basis. Hetzelfde geldt voor Nederland, waar stamceltherapie sinds 2007 zelfs verboden verklaard werd omdat het "te risicovol" zou zijn. Dat deze risico's vooral bij autologe (lichaamseigen) stamcellen in het niet vallen bij de schadelijkheid van wel goedgekeurde behandelingen zoals chemotherapie, werd blijkbaar genegeerd. Alleen in academische centra mag stamceltherapie als experimentele behandeling toegepast worden op dit moment. Maar die brengen hier, bang als ze misschien zijn om hun farmaceutische toelage te verliezen, sindsdien maar weinig over naar buiten. Gelukkig laten veel medici die eenmaal de mogelijkheden van stamceltherapie ervaren hebben zich door deze tegenwerking niet stoppen, en wordt er vooral in privéklinieken in het buitenland (zoals in Duitsland) steeds meer met stamceltherapie gewerkt (ref.).
De levensreis Het leven is geen eenvoudige rit. Bijna niemand komt ongeschonden uit de strijd. Of zoals een wijs man het ooit zei: "Wees maar vriendelijk, want iedereen die je tegenkomt, vecht zijn eigen strijd uit." (ref.) Er kan van alles misgaan, van relatieproblemen tot overleden dierbaren en van verkeersongelukken tot geldproblemen. En alles laat op een bepaalde manier zijn sporen na in ons lichaam. Van stress is het wel duidelijk dat het via de aanmaak van stresshormonen als cortisol en adrenaline ons afweersysteem onderdrukt en dus ziektes in de hand werkt, daar zijn de meeste geleerden het wel over eens. Maar van andere problemen is de uitwerking op ons lichaam minder duidelijk. Het grootste gedeelte van de wereldbevolking is bijvoorbeeld overtuigd van het bestaan van een chakra-systeem in ons lichaam en gelooft dus dat bepaalde persoonlijke problemen in verband kunnen staan met bepaalde lichaamsdelen en ziektes. De westerse wetenschap erkent dit echter niet, die ziet vrijwel alles wat niet-materieel (of energetisch) is als niet-bewezen. En zo kan het dus zijn dat een ziekte als kanker op andere plekken op de wereld anders behandeld wordt dan hier bij ons. "Je lichaam verzint geen domme oplossingen. Alles wat je lichaam doet is een slimme oplossing voor een lastig probleem, dat je zelf hebt veroorzaakt. Kanker is ook zo'n oplossing." - Linda Woudstra, borstkankeroverleefster zonder chemo of bestraling (ref.) De 'Cure for Cancer' is niet chemisch Het probleem met "onze" aanpak is echter dat het nog steeds tot zo weinig succes leidt. Zoals we op onze homepagina al lieten zien, betekent de diagnose van sommige vormen van kanker bijna een doodvonnis als je het reguliere circuit in gaat. En dat komt omdat het de medische wetenschap maar niet lukt om een medicijn te vinden dat goed werkt tegen kanker. Bij onderzoek blijkt iedere tumor vaak weer net even wat anders te zijn dan soortgelijke kankers. Omdat kanker een ziekte van ons DNA is, is het een erg persoonlijke ziekte die sterk met de structuur van ons eigen lichaam samenhangt. Zo verschillend als we er aan de buitenkant uitzien, zijn we ook aan de binnenkant. Niet alleen qua vorm, maar ook qua energie, chemie, frequenties in het energetisch lichaam, celstructuur en DNA. "We begrijpen minder dan 1% van het menselijk functioneren. We weten meer niet dan wel." - Juglen Zwaan, orthomoleculair geneeskundige De reguliere wetenschap scheert bij medisch onderzoek het liefst alle lichamen over één kam, omdat dit soms ook bij de aanpak van andere ziektes (zoals virusziektes) succesvol gebleken is. Maar bij kanker blijkt geen enkele behandeling zaligmakend voor iedereen te zijn. Ook bij de bestaande standaardbehandelingen (chemo, bestraling, opereren, medicijnen) kan geen enkele oncoloog vooraf met zekerheid zeggen of het wel iets zal uithalen, wat de bijwerkingen zullen zijn en of bij initieel succes de kanker later weer terug zal keren. Eigenwijs zijn helpt Uit ons eigen onderzoek is gebleken dat de meest spectaculaire genezingen van kanker vaak plaatsvonden bij mensen die hun eigen pad kozen. Die nee zeiden tegen chemo en die geloofden dat er een betere oplossing voor hen moest zijn, ook al kenden ze die oplossing op dat moment misschien nog niet. Zij gingen zelf op onderzoek uit, en ontdekten dat er niet één route bestond die leidt naar de genezing van kanker, maar meerdere, soms heel verschillende routes.
De Amerikaanse arts Kelly Turner onderzocht honderden gevallen van mensen die hun vergevorderde kanker weer helemaal te boven kwamen, tegen alle prognoses van de oncologen in. Ze schreef er een boek over genaamd "Radicale Remissie" dat ook in het Nederlands vertaald is (ref.). Op haar website zijn alle casussen terug te vinden in een uitgebreide database. Ze ontdekte dat er 9 factoren waren die deze patiënten vaak met elkaar overeenkomstig hadden:
Vooral die laatste twee kunnen soms bijzonder moeilijk zijn als er net kanker bij je geconstateerd is en de oncoloog je vertelt hoe het vervolgtraject eruit ziet (meestal met spoed). Ga dan als leek maar eens zeggen dat jij daar niet zo'n goed gevoel bij hebt, of dat je graag nog wat bedenktijd wilt. Toch ligt hierin vaak de sleutel naar genezing. Onderzoek zoveel als je zelf kunt. Hoe meer je leert, hoe beter je kunt bepalen welke weg voor jou de juiste is.
Het afweersysteem Eén ding blijkt iedere keer weer centraal te staan bij het overwinnen van kanker: ons eigen afweersysteem, ook wel immuunsysteem genoemd. Dit lichaamseigen mechanisme is nog een beetje een ondergeschoven kindje in het reguliere kankeronderzoek (het meeste onderzoek concentreert zich op chemische middelen van buitenaf), maar dit is het enige systeem dat kanker echt helemaal tot de laatste cel kan uitroeien in ons lichaam.
Het afweersysteem is een groot en ingewikkeld stelsel van beschermende cellen, er wordt geschat dat zo'n 20% van alle cellen in ons lichaam erbij betrokken zijn (ref.). Die kunnen onderverdeeld worden in zo'n 130 verschillende typen immuuncel. Iedere volwassene heeft parasieten, schimmels, bacteriën, virussen en kiemen van heel wat ziektes in zijn weefsels en bloed (ref.). Die zijn constant op zoek naar manieren om zich te nestelen, daarom worden ze ook wel "opportunistische organismen" genoemd. Ons afweersysteem is constant bezig om dit tegen te werken. Er wordt geschat dat het afweersysteem van een volwassen mens meer dan 6.000 verschillende bedreigingen kan identificeren en onschadelijk maken. De effectiviteit van dit systeem hangt o.a. af van je bacteriële flora en de stofjes die het tot zijn beschikking heeft. En deze beide zaken zijn weer sterk afhankelijk van het voedsel dat je tot je neemt. "Sinds de ontdekking van de epigenetica weten we dat onze genen niet meer ons lot zijn. Er zijn externe factoren die bepaalde genen uit- of juist inschakelen. Als je slaap tekort komt, schakelt dat bepaalde kankerbeschermende genen uit. Als je goed voedsel zoals spruiten of kurkuma eet, worden hierdoor kankerbeschermende genen ingeschakeld." - Dr. Veronique Desaulniers, Amerikaans arts (ref.) Vreemd genoeg hebben zelfs ervaren artsen vaak nog moeite om dit principe te begrijpen (ref.), het dieet van patiënten wordt zelden besproken in spreekkamers. Terwijl het toch zo voor de hand ligt:
Het eerste wat je dus moet doen bij de diagnose kanker, is zo gezond mogelijk gaan eten. Geen bewerkt voedsel meer waar de supermarkt voor 90% vol mee ligt, maar puur natuur, en zo gevarieerd mogelijk. Groente, fruit, kruiden, noten, zaden, noem maar op. Ga af op waar je trek in hebt, want het lichaam weet vaak heel goed aan welke stofjes het de meeste behoefte heeft. Blijf zo ver weg van suiker als je kan, want suiker heeft een verlammende werking op afweercellen. Normaal gesproken kan een wit bloedlichaampje meer dan vijftien bedreigingen onschadelijk maken in een uur. Als je suiker eet, daalt dat binnen 15 minuten tot slechts ongeveer twee, en dat blijft nog urenlang zo. Een andere goede manier om je afweersysteem een oppepper te geven, is door af en toe 1 - 3 dagen te vasten. Normaal gesproken gaat veel van onze lichaamsenergie zitten in het spijsverteringssysteem. Als je een paar dagen niets eet (wel drinken uiteraard), heeft het lichaam de tijd om achterstallig onderhoud te plegen en krijgt het afweersysteem als het ware een reset (ref.). En vergeet vooral ook niet om dingen te doen waar je blij van wordt. Een Israëlische studie liet zien dat afweercellen zoals macrofagen sterk reageren op onze stemming. Als de proefpersoon in kwestie geïnspireerd werd door bijvoorbeeld een leuke film, werden zijn afweercellen actiever in het bloed en gingen ze achter bacteriën aan die ze eerst nog links lieten liggen. In 1976 beschreef hoogleraar en onderzoeker Norman Cousins in zijn boek "Anatomy of an Illness: As Perceived by the Patient - Reflections on Healing and Regeneration" hoe een positieve mindset zelfs een ernstige ziekte kan genezen. Bacteria en antibiotica Je bent niet alleen terwijl je dit leest, want behalve aan je eigen bewustzijn biedt je lichaam ook nog eens onderdak aan een ontzaglijke hoeveelheid microscopisch klein leven. Dit wordt ook wel het microbioom genoemd. De meeste van deze microben zijn je goed gezind, want ze helpen je om allerlei lichaamsprocessen beter te laten verlopen (ref.) in samenwerking met je endocannabinoïde systeem (ref.). Ook ruimen ze veel afval op. Er wordt geschat dat alleen in de darmen al enkele tientallen biljoenen micro-organismen huizen die je helpen om je eten te verteren (ref.). Er leven echter ook allerlei minder fijne soorten microben in ons lichaam. Dit zijn de soorten die je ziek kunnen maken, die infecties veroorzaken en je weefsels aantasten als ze de kans krijgen. Van nature bestaat er een soort evenwicht tussen al deze organismen. Door verschillende oorzaken, waaronder het gebruik van antibiotica (ref.) of een wortelkanaalbehandeling, kan dat natuurlijke evenwicht verstoord raken. Dat kan dan aanleiding geven tot allerlei klachten, zoals diarree, bloedafwijkingen, zenuwbeschadiging en allergische reacties. Soms kan het zelfs leiden tot jarenlange chronische klachten waarvan de oorzaak maar moeilijk te achterhalen is, zoals vermoeidheid, pijn en zelfs kanker. Antibiotica zijn ontwikkeld om door micro-organismen veroorzaakte klachten zoals een bacteriële infectie of schimmelinfectie (ref.) te lijf te gaan. Maar net als bijvoorbeeld bij chemo wordt hierbij in de reguliere zorg vaak gebruik gemaakt van het 'botte bijl'-principe: we pakken de kwaden aan met het risico dat ook de goeden eronder zullen lijden. Sommige nuttige bacteriekoloniën worden door het gebruik van antibiotica volledig uitgeroeid. Die kun je dan proberen te herintroduceren via probiotica, maar de meeste probiotische yoghurtdrankjes e.d. bevatten heel wat minder nuttige bacteriestammen dan je darmen van nature doen. In eerste instantie werden antibiotica altijd gemaakt uit stofjes die door andere micro-organismen geproduceerd werden. Maar gaandeweg zijn die steeds meer vervangen door synthetische varianten. En die hebben vaak niet dezelfde uitwerking als de organische. Het is dus raadzaam om bij door schimmels, gisten en bacteriën veroorzaakte klachten niet direct naar antibiotica te grijpen, maar eerst een meer lichaamsvriendelijke oplossing uit te proberen, zoals bioresonantie of MMS. Ook colloïdaal zilver kan goed werken (ref.).
Dat geldt eveneens voor het gebruik van zogenaamde bacteriofagen (ref.). Dit zijn uiterst kleine virussen die alleen bacteriën aanvallen. Voor elke soort bacterie bestaat een aparte bacteriofaag. Ze zijn overal om ons heen in de natuur, in het riool en in toiletten te vinden; er zijn er al meer dan 2.000 geïdentificeerd. In landen als Georgië en Rusland is dit de standaardmethode om bacteriële infecties mee te behandelen. In het Westen komt het nog in geen enkel doktersprotocol voor, vermoedelijk omdat deze mini-virussen niet patenteerbaar zijn voor de farma. Gif Een andere factor die een belangrijke rol speelt bij de effectiviteit van je afweersysteem, is de hoeveelheid gif in je lichaam. Helaas leven we hier in het Westen in een systeem waarbij het gif vaak ongezien van alle kanten op ons afkomt (ref.). O.a. via:
komt ons lichaam constant in aanraking met gif. Toezichthoudende instanties zoals het Voedingscentrum en het RIVM roepen vaak dat de hoeveelheid gif die in veel van deze zaken voorkomt "niet schadelijk is voor de gezondheid". Maar daar is geen enkel bewijs voor. Het feit dat je niet meteen schuimbekkend over de grond rolt als je in aanraking komt met een bepaald gif, wil niet zeggen dat het niet op allerlei andere, meer subtiele manieren schade toebrengt aan je inwendige systeem (ref.). Vraag maar eens aan een laborant wat er gebeurt als je een beetje gif samen met levende menselijke cellen op een petrischaaltje onder een microscoop legt. Het antwoord zal zijn dat je die cellen dan een terugtrekkende beweging ziet maken, of dood ziet gaan (ref.). Ieder gif is schadelijk voor de gezondheid, dat is namelijk de definitie van "gif":
Bovendien bepaalt het RIVM weliswaar de maximale hoeveelheid van een bepaalde gifstof die er in voedsel mag zitten, maar heeft het er geen problemen mee als er naast die gifstof ook nog andere gifstoffen in zitten. Ze tellen die toxines niet bij elkaar op, ze kijken alleen of al die stofjes afzonderlijk netjes onder hun eigen limiet blijven. In een grafiek ziet dat er dus ongeveer zo uit:
Zo creëer je dus niet alleen producten die bol kunnen staan van de toxines (ref.), ook is allang bekend dat verschillende gifstoffen een versterkend effect kunnen hebben op elkaar (ref.). Maar blijkbaar is dat voor het RIVM niet relevant, want hier wordt nauwelijks aandacht aan besteed (ref.). Toxicologen die worden ingehuurd om de giftigheid van een bepaald product vast te stellen, laten de mogelijke wisselwerking met andere toxines veelal buiten beschouwing. Overigens geeft het RIVM zelf ook toe dat ze van veel chemicaliën die in consumentenproducten zitten, überhaupt geen idee hebben of ze giftig zijn of niet (ref.). Ook de gifstoffen die in veel vaccins zitten, zoals formaldehyde, aluminiumhydroxide en thimerosal (ook wel thiomersal genoemd, een stof die niet in het rijksvaccinatieprogramma voorkomt maar bijvoorbeeld wel in de griepprik zit) zijn nog nooit getest op de gezamenlijke uitwerking op het menselijk lichaam. Onherkenbaar Ons afweersysteem doet z'n best om gifstoffen onschadelijk te maken, maar sommige hedendaagse toxines en chemicaliën zijn zo onnatuurlijk (ref.) of microscopisch klein (ref.) dat ze niet als een bedreiging herkend worden en gewoon meegevoerd worden met het bloed mee naar de organen toe, of opgeslagen worden in ons vetweefsel. Bovendien tasten gifstoffen in ons bloed onze afweercellen zelf ook aan, zodat die minder effectief worden. Met als resultaat dat het gif zich meer en meer ophoopt, met alle gevolgen van dien. Er kunnen allerlei (chronische) klachten ontstaan, of het celmilieu kan dusdanig verslechteren dat er zich tumoren gaan vormen (ref.). Ook kunnen de giftige nanodeeltjes uit bijvoorbeeld bewerkt voedsel op een zeker moment dusdanig hoge concentraties aannemen in ons weefsel dat het afweersysteem ze dan wél als bedreigend gaat ervaren en ertegen in het verweer komt. Zo kunnen auto-immuunziektes ontstaan. Als het afweersysteem een klier aanvalt die te veel gifstoffen bevat, zoals de schildklier (ref.), kan de hormoonhuishouding ontregeld raken en dan ben je nog verder van huis (ref.). Daarnaast werkt het aanvallen van de eigen weefsels uitputtend voor het afweersysteem, waardoor er tekorten aan bepaalde eiwitten, spoorelementen en andere voedingsstoffen kunnen ontstaan. Zo gaat het hele lichaam steeds slechter functioneren. Een onderzoek van de Amerikaanse CDC (een overheidsinstantie die zich met de verspreiding van ziektes bezighoudt) toonde aan dat er niet minder dan 148 verschillende giftige chemicaliën in het bloed en de urine van de gemiddelde Amerikaan terug te vinden zijn (ref.). Als je de in onze weefsels opgeslagen gifstoffen erbij optelt, zijn het er zelfs nog veel meer. En dat al vanaf het prille begin. Onderzoek naar navelstrengen in de VS liet zien dat de gemiddelde baby al 287 verschillende gifstoffen binnengekregen had via zijn moeder. 208 daarvan waren kankerverwekkend (ref.). "Stel voor: er is een cel in het lichaam die zich gaat ontwikkelen tot een kankercel. Dan komt er op een gegeven moment een zogenaamde T-lymfocyt langs. Die ziet die kankercel, en plant daar een vlaggetje op. Dan komt er een vreetcel langs, en die denkt: ha, een biefstuk met een vlaggetje erop! En die vreet die kankercel op. Dat gebeurt honderdduizend keer per dag bij ieder mens, want wij maken honderdduizend kankercellen per dag. Deze T-lymfocyten die de kankercellen moeten aanwijzen in het lichaam, worden specifiek geremd door het kinkhoestvaccin. En ik vraag mezelf af: waar komt die enorme hoeveelheid leukemie van vandaag de dag vandaan? Het komt niet alleen door de inentingen, maar ze spelen wel een rol." - Dr. Hans Moolenburgh, huisarts (1925 - 2018) (ref.) Daarom is het zo belangrijk om af en toe flink te ontgiften, al is het maar eens in de paar jaar. Zo kan de toxische belasting in je lichaam behoorlijk verlicht worden. Niet voor niets merken mensen die een ontgiftingskuur doen vaak dat dit een opgelucht gevoel geeft. Het lymfestelsel
Dat ons lichaam een aderstelsel heeft waar ons bloed doorheen stroomt zodat ons weefsel tot in de kleinste vertakkingen van zuurstof en voedingsstoffen voorzien wordt, weten de meeste mensen wel. Dat we hiernaast nóg een wijdvertakt stelsel hebben waar vloeistof doorheen stroomt en dat ook essentieel is voor onze gezondheid, is veel minder bekend. Het lymfevatenstelsel, of kortweg lymfestelsel, loopt voor een groot deel parallel aan de bloedsomloop. Het is in tegenstelling tot het aderstelsel een open systeem en heeft voornamelijk een afvoerende functie. Veel minder een voedende, zoals het bloed. Daarom wordt het lymfestelsel soms ook wel "het riool van het lichaam" genoemd (ref.). Het kleurloze lymfevocht is eigenlijk gewoon het plasma waar je bloed voor meer dan de helft uit bestaat. Door de bloeddruk in je aders wordt dit overal een beetje naar buiten geperst en stroomt het je weefsels binnen. Bloedplasma bestaat voor meer dan 90% uit water, dus feitelijk is je lymfesysteem gewoon een inwendige douche die altijd doorloopt. Het stroomt door de kleine ruimtes tussen je cellen en neemt daar de afvalstoffen uit je cellen op. Via de lymfebanen wordt de lymfe vervolgens afgevoerd en komt het op een zeker moment in een lymfeklier terecht, waar het wordt gezuiverd. We hebben ongeveer 600 lymfeklieren in ons lichaam. Ook worden daar bacteriën en virussen onschadelijk gemaakt door de witte bloedcellen (lymfocyten) die daar rijkelijk aanwezig zijn. Je lymfeklieren zijn dus eigenlijk een soort afvalverwerkingsstations, en vormen daarom een belangrijk onderdeel van je afweersysteem. Zodra de lymfe gereinigd is, komt het weer in je bloedbaan terecht. Ook de milt, het beenmerg, de keel- en neusamandelen, de zwezerik (die i.t.t. tot wat er soms beweerd wordt, ook na de puberteit nog gewoon actief blijft) en het wormvormig aanhangsel aan het begin van de dikke darm maken onderdeel uit van het lymfestelsel. Net als de lymfeklieren voegen de milt en het rode beenmerg witte bloedcellen toe aan het lymfevocht (ref.). Een groot verschil met je bloedbaan is dat je lymfestelsel geen centrale pomp heeft, zoals het hart. Om lekker door te stromen is het geheel van jouw eigen lichaamsbeweging afhankelijk. Als je weinig beweegt, bijvoorbeeld als je zittend werk doet of veel tv kijkt, staat je lymfe bijna stil. Hierdoor kunnen vuil- en gifstoffen lang vast blijven zitten op één plek, waardoor het celmilieu daar verslechtert. Er kan irritatie, zwelling, verharding, ontsteking, verzwering en abnormale celgroei ontstaan. Het normaal gesproken dunne lymfevocht wordt dan steeds dikker en dat werkt verstorend voor andere celprocessen, zoals de distributie van voedingsstoffen. Dit alles kan je cellen ertoe aanzetten om kankerachtig te worden. Daarom is je lymfestelsel vaak betrokken bij de ontwikkeling van kanker, bijvoorbeeld (non-)hodgkin. "Een cel heeft niet veel nodig. Het is een goddelijke entiteit. Hij werkt vanzelf. Maar hij heeft wel een bepaalde interactie nodig met de omgeving die hem onderhoudt. Die interactie met het milieu wordt gekenmerkt door zuurstof, voedsel en een schone plek om zijn werk te kunnen doen. Dat is alles wat een cel nodig heeft. Elke ziekte wordt veroorzaakt door een cel die niet wordt gevoed, niet genoeg adem krijgt of geen schone plek heeft om zijn werk te doen. Verhongering, verstikking en vergiftiging." - Ben Fuchs, Amerikaans apotheker en voedingsdeskundige (ref.) Hou je lymfe in beweging Een klein beetje lichaamsbeweging per dag kan vaak al een groot verschil maken voor je gezondheid. Uit onderzoek onder mensen met een vergelijkbare leefstijl is gebleken dat het zelfs al verschil maakte of je op de begane grond woont of bijvoorbeeld in een portiekwoning op de eerste etage. Het kleine beetje lichaamsbeweging dat je dagelijks krijgt door de trap een paar keer op en af te lopen, is al genoeg om je lymfe weer een beetje te laten doorstromen. Van alle soorten beweging lijkt een springende beweging het meeste effect te hebben op de doorstroming van de paar liter lymfevocht die je in je hebt. Dus als je niet zo veel tijd of zin hebt om te gaan fitnessen of sporten, kun je het beste elke dag een paar minuten lang springoefeningen doen (ref.). Lymfe zit in ons hele lichaam, dus hoe meer lichaamsdelen je in beweging zet, hoe beter. Bij een activiteit als zwemmen komen vrijwel alle spieren in beweging, dus dat is een goed idee. Maar ook simpel elke dag een stukje wandelen kan al een hoop schelen. Er zijn apps voor stappentellers gratis te downloaden op de smartphone die een seintje geven als je een dag te weinig beweegt. Het is prima als je jezelf een beetje in het zweet werkt tijdens het bewegen, want ook zweten is een goede manier om gifstoffen kwijt te raken. Een bezoekje aan de sauna is wat dat betreft ook aan te raden. Bijkomend voordeel daarvan is dat huidkankercellen minder goed bestand zijn tegen hoge temperaturen dan gezonde huidcellen, dus die ruim je dan ook meteen op. Knellende kleding dient zoveel mogelijk vermeden te worden, want dat verhindert een goede doorstroming van de lymfe. Voor dames is het belangrijk om de borsten elke dag een poosje de vrijheid te geven, dus doe de beha uit wanneer het kan. Sommige vrouwen dragen zelfs 's nachts nog een beha, waardoor de lymfe daar nauwelijks ooit in beweging komt. Dat is vragen om een opeenhoping van afvalstoffen, en dus een verhoogde kans op borstkanker (ref.). Als je na een paar minuten flinke beweging naar adem loopt te happen, vergeet dan niet om zo diep mogelijk door te ademen. Want ook dat is goed voor de doorstroming van lymfe, zo werd in 1979 ontdekt. Door je longen vol te zuigen wordt het vocht dat zich daar omheen bevindt weer de bloedbaan in gedrukt, en zo blijft de circulatie ook daar op peil (ref.). Ook massages zijn een goede manier om de lymfe in beweging te zetten. Dus als je een partner of andere huisgenoten hebt, trakteer elkaar dan af en toe eens op een lekkere massage. Er zijn (sport-)massagecursussen die je kunt volgen om er wat meer over te leren, maar het principe van massage is heel simpel: ieder weefsel dat je in beweging brengt, zal de vastzittende afval- en gifstoffen daar makkelijker loslaten. De techniek die je daarbij gebruikt, maakt niet zoveel uit. Zoals een ervaren massageleraar het ooit zei: "Als het voor jou als masseur goed voelt, voelt het voor de ander meestal ook goed." "Regelmatig bewegen brengt de kanker in je lichaam al met 50% terug. Beweging is dus niet optioneel voor kankerpatiënten - het is verplicht!" - Dr. Leigh Erin Connealy, Amerikaans arts (ref.) Seks Tot slot is ook seks een heel gezonde activiteit. Niet alleen vanwege de beweging en de aanraking, maar seks:
Allemaal zaken die je gezondheid goed doen en vaak ook kanker tegengaan. Als je niemand hebt om seks mee te hebben, is het altijd nog beter om met enige regelmaat te masturberen dan helemaal tot geheelonthouding over te gaan. Want ook zelfbevrediging en orgasmes bieden de bovengenoemde voordelen tot op zekere hoogte en hebben volgens sommige onderzoeken ook een kankerwerende werking (ref.). De kracht van woorden Er zijn verschillende wetenschapsgebieden die zich met de invloed van de geest, of woorden, op het lichaam bezighouden. Neuro Linguïstisch Programmeren (NLP), waar o.a. succesvolle zakenmensen en politici zich soms van bedienen, is er zo eentje. Meditatie en visualisatie zijn een ander voorbeeld. De Nederlander Wim Hof, ook wel "The Iceman" genoemd, toonde onder begeleiding van wetenschappers van de Radboud Universiteit in Nijmegen onomstotelijk aan dat de geest via zijn meditatietechnieken in staat is om het autonome zenuwstelsel en het immuunsysteem te beïnvloeden (ref.). Dat werkt eigenlijk vrij eenvoudig, als je bedenkt dat het lichaam de geest zo goed mogelijk probeert te dienen bij alles wat we doen. Iedere fysieke actie begint altijd eerst met een gedachte. En vervolgens voert je lichaam dat zo goed mogelijk uit. De westerse wetenschap ziet gedachten voornamelijk als niet-materialistische zaken die zich in je hoofd afspelen en verder geen invloed hebben op wel-materialistische zaken. Maar daar denkt je DNA toch anders over. Gedachten bestaan net als al het andere wat er bestaat in het universum in de kern uit fotonen met een bepaalde trilling. En in de hiërarchie van zaken die je DNA aansturen, oftewel de ranglijst van epigenetische factoren, staan de fotonen die je met je eigen geest produceert, ergens helemaal bovenaan. Alles wat je denkt, heeft dus onmiddellijk invloed op je DNA en de hormonen en eiwitten die je daarmee aanmaakt. Stress Daarom is stress ook zo schadelijk voor je gezondheid. Als je stress ervaart, verkeert je lichaam bijna doorlopend in een vecht-of-vluchtreactie (ref.). Dan worden er hormonen als cortisol, adrenaline en noradrenaline aangemaakt. Die onderdrukken je afweersysteem, omdat je al je energie nodig hebt om alert te blijven (ref.). Ook vertragen ze je spijsvertering en het herstel van beschadigd weefsel. Cortisol, ook wel "het stresshormoon" genoemd (ref.), breekt bepaalde noodzakelijke eiwitten in de spieren af, wat het lichaam sneller doet verouderen. Het afbreken van eiwitten levert aminozuren op waar glucose van kan worden gemaakt. Dat geeft je cellen de extra energie die ze nodig hebben. "Negatieve emoties beginnen in je hoofd, maar vertalen zich naar je lichaam en veroorzaken stress. Hierdoor gaat je niveau van stresshormonen omhoog. Dat zijn adrenaline en cortisol, en die onderdrukken je afweersysteem. Cortisol vertelt je lever om suiker in je bloedstroom te dumpen, om je meer energie te geven. Maar daardoor ga je meer naar suiker verlangen. Mensen grijpen dan naar frisdrank, junkfood, pizza's en ijs om hun suikerreserves snel aan te vullen. Als je gestresst bent, maak je slechte keuzes. Net als angst. Ik zie mensen chemo nemen die ze duidelijk alleen maar zieker maakt, terwijl ze eigenlijk helemaal geen chemo wilden. Maar ze zijn bang, en dat beïnvloedt je gedachten en de keuzes die je maakt." - Chris Wark, Amerikaans kankeronderzoeker en overlever van stadium 3 darmkanker via gezonde voeding Borstkankerpatiënte en onderzoekster Linda Woudstra denkt dat het lichaam bewust ruimte geeft aan kankercellen om zich te ontwikkelen tijdens langdurige periodes van stress, omdat kankercellen als geen ander in staat zijn om bedreigingen zoals gifstoffen, zware metalen en glucose te neutraliseren als het afweersysteem zelf daar minder toe in staat is: (ref.) "Op het moment dat cortisol in je bloedbaan komt en daar wat langer aanwezig is, dan gaan er twee dingen veranderen in je systeem. Bij langdurige blootstelling aan cortisol - je hebt eerst adrenaline en daarna komt cortisol - wordt het P53-gen uitgeschakeld en wordt de transcriptiefactor NF-kB (Nuclear Factor kappa-B) geactiveerd. Wat betekent dat? P53 betekent dat vreemd DNA in je lichaam niet meer wordt opgespoord door het immuunsysteem en dat dat er gewoon even mag zijn. Wat gebeurt er met NF-kB? Er komen meer dan 80 andere programma's ter beschikking bij het dupliceren van het DNA van een cel. Dat betekent dat de cel epigenetisch nu door NF-kB kan worden aangepast. En in die aanpassing zitten heel veel kankergerelateerde programma's: de cel gaat niet meer dood, hij kan zich sneller vermenigvuldigen, hij gaat over op fermentatie, enz. Dat zit allemaal in die NF-kB programmering. Dus P53 gaat uit en aangepast DNA komt in de cellen door NF-kB. Het immuunsysteem maakt die cel niet kapot en ruimt hem niet op. Dat vertelt mij deze twee dingen: het immuunsysteem wil dat de kankercel er is. Je kan mij van alles wijs proberen te maken, maar na 15 jaar onderzoeken wat kanker precies doet is dit voor mij de enige logische verklaring. En wat doet de kankercel dan? Nou, die accumuleert alle gifstoffen, alle zware metalen. Als je een kankercel openmaakt, wat zit daar dan in? Een vuilnisbelt. Die kankercellen voeden zich met een heleboel vuilnis. Maar daar hoor je bijna nooit iemand over, je hoort alleen maar dat kankercellen zich voeden met suiker. Ja, ze zijn ook in staat om suiker te fermenteren. Dat wil zeggen dat ze van suiker lactose maken. Melkzuur. En dat is hartstikke mooi, want als je een te hoge suikerspiegel in je bloed hebt, dan ga je gewoon dood. Vraag het aan een diabetes-patiënt, die zal de alles aan doen om zijn suikerspiegel naar beneden te halen als het te hoog is. Onder invloed van stress is je lever juist bezig om heel veel glucose in je bloed te pompen. En wat doen wij? We gaan niet vluchten, we gaan niet vechten. Nee, we gaan op de bank zitten en onze mond proberen te houden. Dus wij internaliseren al die energie en het kan er niet uit. En dan is het heel nuttig dat je een paar cellen hebt die dat hoge suikerniveau ook heel snel - zestien of zeventien keer sneller dan een gewone cel - naar beneden kunnen brengen. Da's niet leuk, dat je dan melkzuur in je bloed hebt, want dat is ook belastend, daar word je moe van. Maar het is wel minder erg dan suiker in je bloed te hebben. Als jij weer tot rust komt, wordt de P53 weer geactiveerd en NF-kB wordt weer ingewisseld voor de normale transcriptiefactor." Adrenaline, bijnieruitputting en zout Als stress te lang duurt, kan de aanmaak van adrenaline door de bijnieren verstoord raken. Dit wordt bijnieruitputting genoemd. Mensen die lijden aan bijnieruitputting moeten vaak eerst een lange weg in het medische circuit afleggen voor dat ze er eindelijk achterkomen wat ze nou mankeren (ref.). Dat komt omdat reguliere artsen er vrijwel niets over leren tijdens hun studie medicijnen, het komt gewoon niet aan bod. Pas als mensen het over een andere boeg gooien en het alternatieve circuit in gaan, of zelf op zoek gaan via het internet , komen ze ermee in aanraking. Dat reguliere medische studies niets onderwijzen over bijnieruitputting komt waarschijnlijk doordat de enige remedie voor deze aandoening rust en ontstressen is. En daar is het door de farma gedomineerde huidige medische systeem niet op gericht. Dat focust zich voornamelijk op aandoeningen waar chemische middelen tegen gebruikt kunnen worden, en waar dus aan verdiend kan worden. Bijnieruitputting kan aanleiding geven tot zoveel verschillende (vage) klachten dat reguliere artsen het verband met hormonale problemen, veroorzaakt door bijnieruitputting, vaak niet zien en dan maar concluderen dat het "tussen de oren" moet zitten. Die klachten kunnen gaan over (ref.):
Dit kan vervolgens weer aanleiding geven tot andere, vaak nog ernstiger klachten zoals fibromyalgie, darmproblemen, haaruitval, oorsuizen, koorts, hyperventilatie, benauwdheid, leverproblemen, misselijkheid, angststoornissen, psoriasis en reuma.
De bijnieren liggen als kapjes bovenop de nieren Een belangrijke factor bij bijnieruitputting kan zijn dat er een tekort aan zout ontstaan is in het lichaam. Zout wordt gebruikt om hormonen zoals cortisol en adrenaline mee aan te maken (ref.). Daarom hebben mensen met bijnieruitputting ook vaak zo'n trek in zout eten. Het lichaam probeert zo aan te geven dat er meer zout nodig is. In het endocriene systeem vindt een voortdurend samenspel plaats tussen de hormonen adrenaline, cortisol, insuline en glucagon, dat o.a. de energieproductie en celvorming beïnvloedt. Als er te weinig adrenaline beschikbaar is door bijnieruitputting kan er van alles misgaan in het lichaam (ref.). Adrenaline onderdrukt namelijk de aanmaak van insuline door de alvleesklier. Insuline is een zogenaamd anabool (opbouwend) hormoon; het zorgt ervoor dat er cellen gebouwd worden en dat de bloedsuiker kan worden opgenomen door de cellen. Als er te weinig adrenaline beschikbaar is in tijden van stress, wordt er te veel insuline geproduceerd en komt er te veel suiker in de cellen. Dan heeft het lichaam een probleem. Vooral omdat het westerse dieet vaak te veel koolhydraten bevat, dus er wordt constant nieuwe glucose aangevoerd. Cortisol is een catabool (afbrekend) hormoon dat normaal gesproken helpt om zieke cellen af te breken en het overtollige suiker in andere cellen er weer uit te halen. Maar bij bijnieruitputting wordt er vaak ook te weinig cortisol aangemaakt. Dan raakt de bloedsuikerspiegel verstoord en komen cellen in de problemen. Daarom gaan diabetes type 2 en kanker ook zo vaak samen. Teveel glucose in en rond de cellen kan allerlei ernstige problemen veroorzaken, van beschadiging van bloedvaten, nieren en botten tot blindheid aan toe. Bovendien tiert de schadelijke schimmel Candida welig in een suikerrijk celmilieu (ref.). Zoals op onze homepagina beschreven, helpen tumoren om het overschot aan glucose te verbranden. Zo werkt stress dus kankerbevorderend. Het overschot aan insuline komt daarbij goed van pas voor de kankercellen, die zich immers snel willen delen. Een tekort aan adrenaline werkt ook nog op een andere manier kanker in de hand, want adrenaline is nodig voor de aanmaak van ATP (de citroencyclus) in gezonde cellen, waar ze normaal gesproken hun energie vandaan halen. Zo'n cel kan dan niet meer op de gebruikelijke manier energie aanmaken, en gaat over op suikerfermentatie. Oftewel: hij wordt kankerachtig. Zout ligt trouwens ook aan de basis van het zoutzuur in je maagsap. Als je een zouttekort hebt en de pH van je maag wordt te hoog, kan het voedsel niet goed meer verteerd worden. Met alle gevolgen van dien, zoals overbelasting van de alvleesklier en de lever, onverteerde eiwitten die gaan rotten in de darmen waardoor er belastende afvalstoffen ontstaan, en lekkende darmen.
Dit zijn ook allemaal zaken die het celmilieu uiteindelijk negatief beïnvloeden en dus het ontstaan van kankercellen in de hand werken. Zorg er dus bij stress sowieso altijd voor dat je genoeg gezond zout binnenkrijgt, dat kan al een heleboel problemen voorkomen. Geen geraffineerd zout dat in de meeste supermarktproducten (zoals chips) en vaatjes tafelzout zit, want dat is juist een mineralendief in je lichaam, en dus schadelijk. Neem liever gezond zout dat vol met mineralen zit, zoals Keltisch zeezout (ref.). Daarnaast doe je er goed aan om genoeg vet in te nemen, want ook vetzuren zijn nodig voor de opbouw van hormonen (ref.). In tegenstelling tot wat de voedingsindustrie al jarenlang roept hebben de meeste vetten geen dikmakend of schadelijk effect op het lichaam. Alleen bewerkte vetten zoals transvetten en afgewerkte keukenvetten doen dat. Natuurlijke vetten zoals omega 3-vetzuren zijn juist onmisbaar voor een goede gezondheid en helpen bij de voorkoming en genezing van tal van aandoeningen. Zoals kanker, hart- en vaatziektes, zwaarlijvigheid, hoge bloeddruk, dementie en diabetes (ref.). Zorg er bovendien voor dat je genoeg vitamine B12 binnenkrijgt, die o.a. in vlees, eieren en zuivelproducten zit. Want ook die is onmisbaar bij de productie van adrenaline (ref.). Samen ontstressen we beter Het belangrijkste bij stress is natuurlijk om de oorzaak te achterhalen en zoveel mogelijk weg te nemen. Net als met negatieve gedachten en frustraties kan het helpen om hier de hulp van een ander bij te zoeken, professioneel of niet. Sociale wezens als wij mensen zijn, gaan sommige dingen nou eenmaal makkelijker als we ze samen doen. Linda Woudstra, kankeroverleefster zonder chemo of bestraling, zegt hierover (ref.): "Ga bij jezelf na wat je stressbronnen zijn. Die moeten er in de eerste plaats uit. Maar dat is een lang proces, kan ik je zeggen. En je hebt ook hulp nodig. Ik kan je in alle eerlijkheid zeggen dat je heel veel zelf kan en op internet van alles kunt vinden, maar als je echt naar de bronnen van stress gaat, laat je dan helpen. Want het is zoveel mooier en plezieriger om het samen met iemand te doen. En onderzoek ook verschillende manieren. De MIR-Methode (ref.) is er een. EFT is er een. Ik heb ayahuasca gedaan, je kunt mediteren, yoga, van alles en nog wat." "Als je bobbels en knobbeltjes begint te krijgen, heb je de ziekte vaak al zeven jaar in je lichaam. En al die tijd had je alleen maar hoeven te stoppen met ruziën met je partner of van baan hoeven te veranderen om de ziekte vanzelf over te laten gaan." - Garry F. Gordon, Amerikaans arts en pionier in de chelatietherapie (ref.) Geluk is gezond Waar negatieve gevoelens en de aanmaak van stresshormonen hand in hand gaan, geldt omgekeerd hetzelfde. Als je vredig en gelukkig voelt, is dat voor het DNA in je klieren het signaal om hormonen als dopamine, serotonine en dehydroepiandrosteron (DHEA) te produceren. En die hormonen werken juist vernieuwend op je lichaam, ze versterken je immuunsysteem (ref.). Dat je je gelukkig voelt, hoeft allerminst te betekenen dat er geen stressvolle factoren om je heen zijn. Het gaat erom in hoeverre jij je door die factoren laat beïnvloeden. Als jij erin slaagt om jezelf gerust te stellen en te overtuigen dat het allemaal wel goed komt, zal je lichaam prima blijven functioneren, ondanks de stress. Het gaat dus uiteindelijk allemaal om jou (ref.), niet om de buitenwereld. Als je het lastig vindt om zelf de dingen op de juiste manier te benoemen of structuur in je leven aan te brengen zodat je wat meer kunt ontspannen, kun je hier altijd de hulp van anderen bij inroepen. Alleen al de verbinding met bijvoorbeeld vrienden, lotgenoten, een buddy, een coach of de juiste hulpverleners kan al een enorm ontstressend effect hebben. Niemand hoeft het alleen te doen. "De grootste ziekmaker in deze tijd is stress. Of de stress nu door voeding, te lang stilzitten, een slecht huwelijk of zelfs telefoonstraling komt: het werkt afbrekend op ons systeem. Fysieke en geestelijke stress kunnen zwaar wegen. Een therapeut uit California vertelde mij deze week dat hij eens een patiënt had zien ‘genezen’ op een pizza-en-bier dieet. De patiënt liep al jaren met zijn ziel onder zijn arm de voedingsstoffen en calorieën zorgvuldig af te meten. Hij at niet buiten de deur, uit vrees voor verkeerde voedingsstoffen zoals gluten en margarine. De beste man was er op een gegeven moment zo erg aan toe dat hij bij zichzelf dacht 'Wat maakt het nog uit wat ik eet? Zieker dan dit kan ik niet worden'. De man besloot zijn vrienden op te zoeken en te genieten van pizza en een pilsje. Na drie maanden was deze man er weer helemaal bovenop. Hiermee zeg ik niet dat bier en pizza heel gezond zijn, maar wel dat blokkades in onze emoties de gezondheid behoorlijk kunnen ondermijnen. Sociaal contact kan ons voeden en gezond maken. Verbinding met mensen om je heen kan stress daadwerkelijk verminderen." - Juglen Zwaan, orthomoleculair geneeskundige Fotonen zijn stuurbaar Het mooie van de fotonen die je met je gedachten creëert, is dat je ze ook kunt sturen. De mens is via zijn geest in staat om waar hij zich ook maar op concentreert, in meer of mindere mate te beïnvloeden. Sowieso op alles wat DNA heeft, maar ook op de niet-levende zaken om ons heen. Materie bestaat in de kern - dus dieper dan moleculen, atomen, protonen, neutronen en elektronen, quarks, enz. - immers ook uit niets anders dan fotonen. Sommige wetenschappers zeggen wel eens dat "99.9999999% van de materie uit lege ruimte bestaat" (ref.), alsof die overige 0,0000001% dan nog wel uit iets vasts zou bestaan. Maar dat is niet zo, vaste materie bestaat eigenlijk helemaal niet. Alles, dus de volle 100% van onszelf en alles om ons heen, bestaat alleen maar uit energie, oftewel fotonen die op een bepaalde frequentie bewegen. Iedere stof, dus ieder atoom, heeft zijn eigen trilling en vastheid. Ook stoffen die wij als zeer solide ervaren, zoals ijzer of hout, bestaan alleen maar uit fotonen en hebben dus dezelfde bouwsteentjes als je gedachten. Zouden die fotonen misschien ook iets te maken kunnen hebben met de "qi", ook wel "chi" of "prana" genoemd, waarover gesproken wordt in o.a. oosterse levensbeschouwingen en vechtsporten (ref.)? En misschien ook wel met "ether", het omnipresente veld waar de briljante uitvinder Nikola Tesla (ref.) het aan het begin van de vorige eeuw al over had en waarvan hedendaagse wetenschappers nog steeds niet weten wat ze er precies mee aan moeten? Ja, dat doen ze. Het is in feite allemaal hetzelfde. Het is de onvaste, ongedefinieerde levenskracht die overal om ons heen in overvloed aanwezig is, en die iedere vaste vorm kan aannemen. En die voor alles aangewend kan worden, of het nu elektriciteit is, hitte (ref.), gedragsbeïnvloeding van mensen (ref.) en dieren (ref.), noem maar op. Deze mysterieuze kracht is door de geschiedenis heen door de verschillende culturen al aangeduid onder allerlei verschillende namen. Vaak kreeg dit een religieus karakter, omdat deze kracht voor ons mensen zo allesomvattend en ondoorgrondelijk lijkt. O.a. Brahma, de Dao en God zijn bekende woorden die eraan gegeven zijn. Vandaag de dag nemen westerse wetenschappers die geconfronteerd worden met het bestaan van dit veld, bijvoorbeeld in de astronomie of quantummechanica, het woord "God" doorgaans liever niet meer in de mond. Dat wordt immers vooral geassocieerd met geloof en niet met serieuze wetenschap, dus dan loop je kans op de spot van je collega's (of erger). In plaats daarvan spreekt men liever van het quantumveld, het vacuüm, de bron of het veld. Het maakt feitelijk niet uit, want het komt allemaal op hetzelfde neer. Sterren fungeren in ons universum als de bronnen die dat veld van levenskracht in stand houden. Zonder sterren zou er geen leven mogelijk zijn, nergens. Ook onze zon zendt voortdurend pure fotonen uit en voorziet zo het leven op Aarde direct (flora, via fotosynthese) of indirect (fauna die flora eet, en zelf ook zonlicht omzet in o.a. vitamine D) van universele levensenergie.
Iedere foton heeft zijn eigen frequentie, die overeenkomt met de informatie die hij bevat. Iedere frequentie heeft zijn eigen specifieke kleur en geometrische vorm. Deze vorm is universeel en onveranderlijk, dus je zou het de blauwdruk van ons universum - of God, als je dat prettiger vindt klinken - kunnen noemen. Daarom valt er in iedere foton een mooi, symmetrisch figuurtje waar te nemen Biofotonen Biofotonen zijn fotonen die gezien worden rond levende cellen (ref.). Iedere cel verzendt en ontvangt niet minder dan 100.000 biofotonen, per seconde! Hij is dus constant informatie aan het uitwisselen met zijn omgeving. Deze fotonencommunicatie verloopt via het DNA in je lichaam. Niet alleen het menselijke DNA, maar ook het bacteriële DNA waar de duizenden mitochondriën in de cellen vol mee zitten. Iedere DNA-streng bevat meer dan dan 10.000 fotonen die de chromosomen via de telomeren in- en uitgaan. Zo weet het DNA voortdurend waar de andere cellen om hem heen zich bevinden en wat ze aan het doen zijn, wat voor moleculen (voedingsstoffen, hormonen, enzymen, endocannabinoïden, enz.) er vanuit de bloedbaan bij hem afgeleverd worden, hoe de symbiose met de bacteriële flora om hem heen verloopt, wat voor gedachten er door het hoofd van de persoon in kwestie gaan, enz. Het heeft al die informatie nodig om constant de juiste genen te activeren om zo goed mogelijk te kunnen blijven functioneren, op zichzelf en in dienst van het geheel. Natuurlijk maken cellen ook gebruik van allerlei andere elektromagnetische en biochemische signalen om de talloze celprocessen optimaal te laten verlopen, maar de foton is waar het allemaal mee begint. Deze communicatie verloopt letterlijk met de snelheid van het licht, vandaar dat wetenschappers er zo vaak overheen kijken tijdens onderzoeken en experimenten. Het is zelfs nog niet helemaal duidelijk hoe zo'n foton überhaupt gecreëerd wordt door de cel. Hij verschijnt opeens en verdwijnt ook opeens, zo concludeerde de Duitse natuurkundige Fritz-Alfred Popp, die in de jaren '70 onderzoek deed naar biofotonen. Alsof een cel zo'n foton naar believen kan onttrekken uit het alom aanwezige quantumveld en de foton daar ook weer in oplost zodra zijn taak volbracht is (ref.).
De fotonenuitwisseling van een passiebloem, gefotografeerd in een donkere kamer In donkere kamers met lichtgevoelige apparatuur is vastgesteld dat energiewerkers zoals reikimeesters, yogi's en andersoortige healers grote stromen van fotonen kunnen creëren door zich simpelweg te concentreren op een bepaalde uitkomst, bijvoorbeeld het genezen van een patiënt met een ziek lichaamsdeel (ref.). De gecreëerde fotonen herkennen dan meteen wat er mis is en proberen het energetisch weer in balans te brengen. Dat lukt niet altijd, want als er gifstoffen in het lichaam aanwezig zijn, kunnen die de frequentie (en dus de informatie) van een foton verstoren. In plaats van coherente lichtboodschappen ontvangt het DNA dan verwarrende signalen, wat de cel stress oplevert en kanker in de hand werkt. Daarom is het zaak om altijd eerst zoveel mogelijk de oorzaak van de kanker te achterhalen en weg te nemen door onder meer te ontgiften, zodat de fotonencommunicatie weer kan verlopen zonder ruis op de lijn en het lichaam zijn zelfherstellende werk weer goed kan doen. Méér dan vlees en bloed
Ieder mens heeft behalve het zichtbare fysieke lichaam ook nog een energetisch lichaam en een astraal lichaam. Sommige deskundigen maken nog een subtielere onderverdeling en houden het op in totaal zeven of zelfs nog meer lichamen (ref.), maar het zou te ver voeren om dat hier allemaal te bespreken. Als je een westers medicus hiernaar vraagt zal hij je waarschijnlijk met licht gefronste wenkbrauwen aankijken, want daar heeft hij nooit iets over geleerd tijdens zijn studie medicijnen. Tenzij het een medicus is die inmiddels een zeer respectabele leeftijd bereikt heeft, want in studieboeken van vóór de Tweede Wereldoorlog, voordat de door de farma geïnstigeerde nieuwe leer zich over het Westen verspreidde, werd het nog wel behandeld. Maar in andere delen van de wereld is dit nog steeds een algemeen aanvaard feit en wordt er ook volop mee gewerkt bij medische behandelingen (ref.). Zoals in de Traditionele Chinese Geneeskunde (TCM), de Tibetaanse geneeskunde en de Ayurveda. Ook in Nederland zijn er therapeuten die zogenaamde energietherapieën aanbieden, bijvoorbeeld in de vorm van reiki (ref.), reflexologie, chakra healing of biofotonentherapie. Het werkt vooral voor patiënten met chronische aandoeningen vaak goed om ook het, voor het menselijk oog onzichtbare, energetisch lichaam bij de behandeling te betrekken, omdat veel van deze ziektes hun oorsprong vinden in een verstoring daarvan. De kans op herstel is dus groter als deze verstoring ook herkend en behandeld wordt. I.t.t. het astrale lichaam is ons energetische lichaam gebonden aan ons fysieke lichaam. Het energetisch lichaam, ook wel etherisch lichaam genoemd, is nodig om het astrale lichaam in het fysieke lichaam vast te houden. Daarnaast is het energetisch lichaam datgene wat je gevoel bepaalt. Dan hebben we het uiteraard niet over de pijn die je voelt als je een schaafwond oploopt of je teen stoot, want dat is puur je zenuwstelsel in actie. We hebben het dan over je gevoelens. De liefde die je voelt voor je kind, de weerzin die je voelt als je naar ellendig nieuws op tv kijkt, de dankbaarheid die je voelt als iemand je onverwachts even helpt met je drukke bezigheden, noem maar op. Alles wat je bewustzijn ervaart, vertaalt zich naar een gevoel in je energetisch lichaam.
Het energetisch lichaam heeft precies dezelfde vorm als ons fysieke lichaam, maar straalt ook door naar buiten. Dat wordt het aura genoemd (ref.). Dit aura is met speciale fotografische apparatuur zichtbaar te maken en laat via kleuren, die corresponderen met bepaalde gevoelens, zien hoe onze gemoedstoestand op dat moment is. Net als alles in het universum is ook dit aura weer opgebouwd uit fotonen met een bepaalde trilling die elektromagnetisch van aard zijn. Aangezien het aura zich buiten het fysieke lichaam uitstrekt is dit onbewust voelbaar voor andere mensen. Die hebben zelf ook hun eigen aura en deze frequenties kunnen met elkaar resoneren of juist dissoneren. Hierdoor kun je bij sommige mensen (of dieren, of zelfs voedsel) meteen een gevoel van aantrekking hebben, terwijl andere je duidelijk minder goed liggen. Niet voor niets spreekt men van "met elkaar op dezelfde frequentie zitten" (of juist niet). Aangezien het aura elektromagnetisch van aard is, kan dit veld ook gestoord worden door elektromagnetische velden van buitenaf, zoals straling van huishoudelijke apparaten. Alles wat er in je energetisch lichaam gebeurt, vertaalt zich naar het fysieke lichaam. Je DNA communiceert via fotonen voortdurend met het energetisch lichaam en activeert de genen die bij je gemoedstoestand horen. Dat is bijvoorbeeld goed merkbaar in ons endocriene stelsel, waar de hormonen geproduceerd worden. Voelen we ons blij en gelukkig, dan worden er gelukshormonen zoals serotonine en dopamine aangemaakt. Voelen we ons gestresst en ongelukkig, dan produceren onze klieren vooral cortisol en adrenaline. Er zit dus veel waarheid in de uitspraak dat "fysiek altijd psychisch is". Veel ziekten vinden hun oorsprong in een energetisch lichaam dat vergiftigd is door negatieve gedachten, zoals jaloezie, woede, wraakzucht of haat. Al dat soort gedachten hebben een effect op ons fysieke lichaam, en als ze te lang aanhouden, gaan we dat ook merken in de vorm van klachten. De plek waar dat gebeurt is gerelateerd aan het chakra-systeem (ref.), zoals in de Ayurveda en yoga besproken wordt en zoals bijvoorbeeld ook de Duitse arts Ryke Hamer ontdekte. Onze verschillende lichaamsdelen en organen staan energetisch in verbinding met bepaalde emoties, zoals darmen - woede, hart - verdriet, knieën - assertiviteit en keel - zelfexpressie. Als je negatieve gevoelens koestert op één van die terreinen, bestaat de kans dus dat je last krijgt van het lichaamsdeel dat erbij hoort. Omgekeerd is het bij veel fysieke klachten simpelweg genoeg om de aanhoudende zorgen of negatieve gedachten die je ergens over hebt, te laten varen en je te focussen op positieve zaken. Zelfs jarenlange klachten kunnen dan soms als sneeuw voor de zon verdwijnen. Hierbij helpt het om de frustratie zoveel mogelijk van je af te praten en te delen met anderen. Het is onmogelijk om een ziek energetisch lichaam te behandelen via conventionele therapieën, bijvoorbeeld door een chirurgische ingreep. Als je een aangetast lichaamsdeel fysiek laat verwijderen, zal het energetisch wel blijven bestaan, en nog steeds ziek zijn. Dit kan dan zogenaamde fantoompijn opleveren. Biofotonentherapie (ref.) kan dan vaak goede resultaten opleveren. Het astrale lichaam wordt beschouwd als het lichaam van de ziel. In ons normale dagelijks functioneren zijn we ons hier nauwelijks van bewust, maar in andere staten van bewustzijn, zoals tijdens diepe meditatie, bijna-dood-ervaringen, uittredingen, lucide dromen en astrale reizen, merken we opeens dat dit lichaam veel lichter is, en bovendien veel minder gebonden aan tijd en ruimte dan het fysieke lichaam. We kunnen ermee vliegen, overleden dierbaren of gidsen ontmoeten, of ons verplaatsen in andere vormen van bewustzijn, zoals dat van dieren of zelfs atomen. Het astrale lichaam is eeuwig, naar wil aan te passen en wordt nooit ziek.
Net als diepe meditatie en lucide dromen is astraal reizen een bekwaamheid die in principe voor ieder mens te leren is. Op internet zijn vele "How to"-handleidingen en ervaringsverhalen te vinden Verbinding met de bron Alle materie heeft zijn eigen trilling, ook wel Boviswaarde genoemd (ref.), en dit wordt via de uitwisseling van fotonen op atoomniveau met elkaar gecommuniceerd. Zo 'weten' natuurkundige elementen wat voor reactie er moet ontstaan als ze elkaar tegenkomen, bijvoorbeeld bij een scheikundige proef. Zoals gezegd staan fotonen altijd in verbinding met het quantumveld dat aan de basis ligt van ons universum, en hierin is alle informatie aanwezig. Het is zeg maar de blauwdruk waarop alles gestoeld is. Wie dit quantumveld op een wetenschappelijke manier bestudeert, komt al snel eigenschappen tegen die een spiritueel karakter lijken te hebben. Omdat het niet alleen uit (levens-)energie bestaat, maar ook een oneindig bewust en intelligent veld lijkt te zijn waarmee beter te werken valt al naargelang de intentie achter de interactie meer positief en liefdevol is. Met name het element water is hier een toonbeeld van, en past zijn structuur en eigenschappen onmiddellijk aan zodra het geconfronteerd wordt met positieve intenties. Misschien zouden wetenschappers iets minder huiverig moeten zijn om het idee van een "Groot Ontwerp" achter het universum, oftewel een intelligente schepper of god als drijvende kracht, bij het plaatje te betrekken. Want zelfs bij de meest simpele proefjes komt dit aspect vaak al om de hoek kijken. Iedereen kan dit voor zichzelf vaststellen door het "rijst-experiment" thuis te doen (ref.). Dat doe je door twee potjes met natte rijst te confronteren met verschillende intenties. Die intentie hoef je nog niet eens uit te spreken naar de rijst toe, je kunt simpelweg woorden opschrijven op een briefje en die bij de potjes zetten, of op een etiket. Zorg ervoor dat de woorden duidelijk een verschil in positiviteit, oftewel trilling hebben. Je kunt bijvoorbeeld bij potje #1 schrijven "Ik hou van je" en bij potje #2 "Ik haat je". Laat ze zo een paar dagen staan en kijk wat er gebeurt. Gegarandeerd dat het eerste potje het langste goed blijft. De tweede gaat sneller schimmelen. Talloze mensen hebben dit al uitgeprobeerd Het opmerkelijke bij dit experiment is dat als je er nog een derde potje naast zet en daar helemaal geen woorden bij zet, die rijst nóg sneller zal gaan schimmelen. Kennelijk is negatieve energie altijd nog beter dan helemaal geen energie. De intentie van je focus bepaalt de uitkomst, en dat geldt ook voor je eigen lichaam en geest. Is je intentie negatief, bijvoorbeeld door gedachten te hebben als "ik kan niets", "ik ben lelijk" of "ik ben ziek en ga vast snel dood" dan zal het resultaat ook negatief zijn. Heb je echter gedachten als "dit gaat mij lukken", "ik mag er zijn" of "mijn lichaam voelt zich nu eventjes niet helemaal super maar dat zal snel beter gaan" dan zijn de resultaten vaak ook stukken beter. Zoals de Amerikaanse wetenschapper Gregg Braden ook al vaststelde nadat hij getuige was geweest van een spontane genezing van kanker in China, lijkt dit effect nog eens versterkt te worden wanneer het bevestigd wordt door anderen. Net zoals het placebo-effect bij testmedicijnen nog duidelijker optreedt wanneer een arts van tevoren aan de testpersoon vertelt wat het 'medicijn' zal gaan doen. Wij mensen zijn nou eenmaal kuddedieren, de mening en het gedrag van anderen beïnvloedt ons vaak in hoge mate, of we ons daar nou bewust van zijn of niet. De Wet van de Aantrekkingskracht Fotonen van dezelfde trilling hebben de neiging om elkaar aan te trekken, als magneetjes. Op dit principe is de "Wet van de Aantrekkingskracht", of kortweg "Wet van Aantrekking", ook gestoeld. Deze aloude, universele wet kwam aan het begin van dit millennium opnieuw in de belangstelling te staan dankzij films en boeken als "The Secret" en "What the Bleep Do We Know!?" (ref.). Veel mensen gingen er mee aan de slag, maar slechts bij weinigen leidde dit inderdaad tot het gewenste resultaat, zoals rijkdom of een droompartner. Dat komt omdat de theorie achter de praktijk niet goed verklaard werd. In "The Secret" werden dingen beweerd als "Als je iets visualiseert en je voelt je alsof het al gebeurd is, moet je het daarna loslaten. Het universum zal het naar je toe brengen." Het werd gepresenteerd als iets magisch, een soort onverklaarbaar wonder. Terwijl het gewoon wetenschap is. Fotonen, bijvoorbeeld die we met onze geest creëren in de vorm van gedachten, beginnen in een grotendeels etherische, onvaste vorm. Naarmate de gedachte langer gevoed wordt, nemen ze steeds vastere vorm aan. De fotonen van de herhaalde gedachte gaan als magneetjes aan elkaar zitten, omdat ze een gelijke trilling hebben. Of misschien kunnen we beter zeggen: in elkaar zitten. Onze geest creëert als scheppende kracht de fotonen rechtstreeks uit het alom aanwezige quantumveld, en daar gelden andere wetten dan in de klassieke natuurkunde, zoals iedere quantummechanicus zal kunnen beamen. Er is daar bijvoorbeeld ook geen lineaire tijd. Een gedachte die je gisteren had, kun je dus voeden met een gedachte die je vandaag hebt. Zo krijgen je gedachten een steeds vastere vorm. Hoe dichter de frequenties van bepaalde zaken bij elkaar liggen, hoe groter de kans dat je ook soortgelijke zaken aantrekt als je je ergens op focust. Dus als jij constant aan bijvoorbeeld geld denkt, wordt niet alleen de kans groter dat er geld in je leven komt, maar ook zaken met een vergelijkbare trilling zoals dure bezittingen, een groot huis of een mooie auto. Omgekeerd geldt precies hetzelfde voor negatieve gedachten, zoals met zaken waar je bang voor bent of waarvan je uit alle macht hoopt dat die niet zullen gebeuren. Hoe vaker je daaraan denkt, hoe groter de kans dat ze juist wel zullen gebeuren. De Wet van de Aantrekkingskracht maakt namelijk geen onderscheid tussen de woorden "wel" en "niet". Het gaat om de trilling van het onderwerp. Een gedachte als "Ik wil graag heel veel geld" heeft dus even veel kracht als "Ik wil niet ziek worden". 'Geld' en 'ziek worden' zijn hier het onderwerp, en dus datgene waar de Wet van Aantrekking op van kracht wordt. Uiteindelijk vindt de gedachte vanuit zijn etherische quantumvorm vanzelf zijn weggetje in ons fysieke leven. Dat is op zich wel een wonderlijk mechanisme, maar het is hoe ons universum (of de schepping, of God, hoe je het ook noemen wilt) in elkaar zit. Je moet zo'n gedachte dus helemaal niet "loslaten"; je moet erover denken en visualiseren tot je een ons weegt. Je hart en je onderbewuste geven de elektromagnetische lading van je fotonen extra voeding als deze op één lijn zitten met je gedachten. Het is dus inderdaad goed om datgene wat je visualiseert, ook echt in je hart te voelen alsof het al gebeurd is, zoals "The Secret" ook zegt. Het onderbewuste kreeg helaas niet veel aandacht in deze film en boeken. En dat is nou juist de grootste fotonenmagneet die je hebt. Je onderbewuste bepaalt hoe je in het leven staat, je trilling. Het is ook de grootste communicator met je DNA, waardoor bijvoorbeeld een potentiële fysieke aandoening waar je angst voor ontwikkelt, bijvoorbeeld kanker, een grotere kans heeft om zich ook daadwerkelijk te manifesteren. En andersom, als je ziek bent maar je bent ervan overtuigd dat je snel weer beter zult zijn, zal dat je herstel ook versnellen. EFT Als je iets wenst, doe je er dus goed aan om ook je onderbewuste op één lijn te krijgen. Een hulpmiddel hierbij kan bijvoorbeeld een techniek als hypnose zijn (ref.), maar een simpelere manier is via EFT. EFT, dat staat voor "Emotional Freedom Techniques", is een eenvoudige techniek waarbij je met je vingers klopjes geeft op je lichaam terwijl je een boodschap uitspreekt voor je onderbewuste (ref.). Dat kan over iets lichamelijks, iets geestelijks of zelfs iets buiten je lichaam gaan. Het maakt niet zoveel uit hoe je het formuleert, als de bedoeling maar duidelijk is. Voor de meeste mensen werkt het gevoelsmatig het best als zowel het probleem als de gewenste situatie benoemd wordt (ref.). Dat kun je als affirmatie formuleren, bijvoorbeeld: "De stress die ik nu voel, ga ik van me af zetten. Dan kan ik me weer lekker ontspannen". Of als voorstel aan je lichaam: "Lief lichaam, laat de buikpijn die ik nu voel snel overgaan, zodat ik me weer prettig voel". Of als wens: "Mijn relatie loopt nu niet zo best, maar ik wil graag dat het weer beter wordt en dat we weer van elkaar zullen houden zoals voorheen". De vermoede verklaring achter deze techniek is dat het kloppen op het lichaam een verhoogde staat van alertheid in het lichaam creëert. Hierdoor ontstaat er een meer directe communicatie met het onderbewuste, dat de boodschap vervolgens doorgeeft aan het DNA. Dr. Bruce Lipton, een vooruitstrevend Amerikaans biochemicus, noemt EFT "een opname-knop voor het onderbewuste" (ref.). Aangezien jouw DNA ook met het DNA van anderen communiceert, kan het dus ook effect hebben op je omgeving. Het klinkt als hocus-pocus, maar er zijn al hele goede wetenschappelijke resultaten mee geboekt (ref.). Er zijn verschillende manieren om aan EFT te doen. Sommige EFT-beoefenaars zeggen bijvoorbeeld dat je je bij het kloppen moet richten op de uiteinden van de meridianen in je lichaam, zoals ook gebeurt bij acupunctuur. Dit staat echter niet vast, de crux lijkt vooral te zitten in het alert maken van het lichaam. Dit gebeurt waarschijnlijk bij alles waarbij je bewust een herhaalde beweging maakt. Door te kloppen op je lichaam of een andere vorm van beweging en het tegelijkertijd uitspreken van een boodschap, voed je je onderbewuste met de juiste informatie. Zodra je onderbewuste op één lijn zit met je bewuste gedachten kan dit allerlei nuttige en gewenste lichaamsprocessen, zoals ons zelfherstellend vermogen, flink versterken. Deze uitlijning vindt ook plaats bij het placebo-effect, zij het dat de beïnvloeding van je onderbewuste hierbij meestal niet gebeurt door jezelf, maar door iemand aan wiens woorden je waarde hecht (zoals een arts). Net zoals je bewustzijn lijkt ook je onderbewuste een soort van korte- en langetermijngeheugen te hebben, waardoor de effecten van een hypnose- of EFT-sessie na verloop van tijd minder kunnen worden. Het kan dus raadzaam zijn om het na een paar dagen opnieuw te doen. Herhaling Een andere techniek om je onderbewuste te beïnvloeden is door herhaling. Door je leven zo in te richten dat je er constant mee geconfronteerd wordt, zal je onbewust het gevoel krijgen dat het al zo is. Sommige mensen die al jaren alleen waren, hebben zo hun ideale partner gevonden. Ze begonnen hun huis in te richten alsof die partner al bestond. Met een tweepersoonsbed, een dubbel setje handdoeken, de tafel dekken voor twee, kastruimte vrijmaken voor hun partner, enz. En niet veel later verscheen die gedroomde partner dan inderdaad in hun leven. Door een situatie te creëren waarin een bepaalde gedachte constant gevoed wordt, schikt de werkelijkheid zich na verloop van tijd naar de wens. Wonderlijk, maar uiteindelijk toch 'gewoon' wetenschap.
Referenties (ref.)
Geholpen met deze informatie? © KankerVerslagen.nl | 5 december 2024 | Contact |